Een Pogrom in Rome. In de krant van 26 oktober 1943

Onder de documenten op de tentoonstelling “De verdronkenen. Rome 16 oktober 1943”, “I Sommersi. Roma 16 ottobre 1943” (tot 18 februari 2024 in de Capitolijnse Musea) zag ik in een vitrine een vergeelde krantenpagina. Het artikel waarvoor de samenstellers aandacht vragen, kopt ‘Pogrom in Rome’. Het verscheen op 26 oktober 1943 in het illegale nationale dagblad l’Unità. De communistische krant was in 1924 opgericht door Antonio Gramsci, maar in 1927 uitgeweken naar Rijsel in Frankrijk. Ik maakte van het vrij korte artikel een Pogrom in Rome een vertaling, die hieronder begint.

Geproduceerd in Frankrijk was de verspreiding van de krant in Italië zeer moeilijk en onregelmatig. In 1942 kwam het dagblad terug naar Italië en begon vanaf 1 juli weer te verschijnen. Nog steeds illegaal natuurlijk, tot de bevrijding van Italië in april 1945.

Een Pogrom in Rome in 1943
De titel en eerste alinea.

Pogrom in Rome

Sommigen dachten misschien dat de nazi’s het niet zouden hebben aangedurfd om in Rome een pogrom te organiseren. Dat zij genoegen zouden hebben genomen met de kort daarvoor opgezette roof van de 50 kilo goud, die de Joodse Gemeenschap, onder druk van een zeer bedreigend ultimatum, bijeenbracht.

Maar de pogrom kwam er toch, punctueel en ondanks de eeuwige en illusionaire optimisten. Hij kwam er ondanks degenen die nog steeds niet geloven in het barbaarse plan om iedere man, geschikt om te vechten en te werken, uit Rome weg te voeren. Dezelfde lui die nog steeds niet geloven in een op handen zijnde nieuwe Bartholomeusnacht.

Het is al gebeurd in Duitsland, Oostenrijk, Tsjechoslowakije, Polen en trouwens in heel Europa, in de door de nationaalsocialisten onderworpen landen. Ze werden bezet in naam van de beestachtigste aberratie die een menselijke brein kon bedenken; in naam van een racisme dat de meest wrede belediging is van de menselijke waardigheid en in naam waarvan in de straten en wijken van Rome de mensenjacht is geopend.

Met een ijzige brutaliteit werden in alle haast complete families in de voor de racistische klopjacht gereedstaande vrachtwagens geladen. Invalide oude mensen, zuigelingen, zieken en uit het ziekenhuis weggesleepte pas bevallen moeders en hun babies. In afwachting van deportatie werden zij allemaal naar het Collegio Militare gebracht. De huizen die de weggesleepte bewoners achterlieten, werden intussen door de knechten van Hitler geplunderd en vernield.

Als vee

Meer dan duizend slachtoffers laadden de nazi’s als vee in goederenwagons. In afwachting van de hervatting van de onderbroken spoorwegverbindingen werden zij, bijeengepakt in een beestachtige promiscuïteit, in de hermetisch afgesloten wagons aan hun lot overgelaten.

Het Italiaanse volk gaf blijk van dezelfde solidariteit, die het reeds vanaf het begin van de racistische campagnes van de fascisten had gedemonstreerd. Dit volk eist recht en vergelding voor deze misdadige acties tegen weerloze en onschuldige mensen, die men wil isoleren van de rest van de bevolking op grond van de illusionaire overtuiging van raciale minderwaardigheid, die alleen leeft in de perverse geest van Hitler. Wat er is gebeurd, was echter een generale repetitie voor het lugubere plan om uit Rome niet alleen de Joden weg te voeren, maar alle Romeinen.

Tegen dit ongehoorde geweld moet men zich met alle krachten verzetten. Elke Romein beschouwe zich persoonlijk als gemobiliseerd om zichzelf, zijn familie en zijn huis te beschermen. Dat is de enige manier om te voorkomen dat de nationaalsocialisten ook Rome met de grond gelijk maken.

Het lot van de Romeinse Joden zal ook het lot zijn van de Romeinen als wij werkeloos en passief het geweld van de bezetter ondergaan.

Commentaar

  1. De anonieme schijver van het artikel gebruikt het woord ‘pogrom’ niet correct. De razzia van zaterdag 16 oktober was het werk van de nationaalsocialisten. Van de SS om precies te zijn. Een pogrom historisch gesproken was een aanval op een Joodse gemeenschap uitgevoerd door een merendeels uit boeren bestaande bevolking. Niet zelden aangejaagd door de autoriteiten. Over de vele pogroms in Rusland in de periode 1880 – 1914 verschenen regelmatig berichten in de West-Europese persorganen. Het verschijnsel was dus bekend bij de geïnformeerde krantenlezer. De auteur van het hier vertaalde artikel appelleerde aan een in het ‘collectieve geheugen’ aanwezig veronderstelde kennis. Dat hij het woord een andere invulling gaf, diende zijn politieke doel. De voorlaatste alinea roept op tot actief verzet tegen de nazi bezetter.
  2. Het gaat de auteur erom de brutale misdadigheid van de nationaalsocialisten aan te tonen. De nazi’s moeten zo negatief mogelijk woorden voorgesteld, des te meer kans maakt de oproep tot verzet. Lexikaal zet hij daarvoor een groot aantal negatieve adjectieven in, gecombineerd met negatieve substantieven. Het bijvoeglijk naamwoord ‘beestachtig’ wordt zelfs vaker gebruikt.
  3. De Bartholomeusnacht. Deze op het eerste gezicht vergezochte verwijzing krijgt betekenis als men denkt aan het feit dat een zeer groot deel van de Italiaanse katholieken welwillend stond tegenover het fascistische regiem. Dat gold in nog belangrijker mate voor de clerus, voorop het Vaticaan.

 

Aantekeningen bij Een Pogrom in Rome in 1943

  • De tekst fotografeerde ik op 31 oktober 2023 tijdens mijn bezoek aan de tentoonstelling “I Sommersi. Roma 16 ottobre 1943” die men tot 18 februari 2024 in de Capitolijnse Musea kan zien. Lezers van het werk van Primo Levi (1919-1987) zullen direct denken aan diens boek I sommersi e i salvati dat eerst verscheen in 1986. Uitgeverij Meulenhoff publiceerde een Nederlandse vertaling De verdronkenen en de geredden: essays in 1991.
  • Het tussenkopje ‘Als vee’ heb ik toegevoegd om redenen van leesbaarheid.
  • Zie hier over de Bartholomeusnacht een wikipedia-pagina (nl).

 

 

Rome 1922 wat gebeurde er in de hoofdstad

In 1922 vonden in de Italiaanse hoofdstad belangrijke gebeurtenissen plaats. En wel op de gebieden van economie, politiek en religie. Hun invloed is merkbaar tot op de dag van vandaag. Eerst het economischeRome 1922 Gedenkwaardige dagen in de hoofdstad. In 1922 bouwde de bierfabriek Peroni een grote vestiging in de buurt van Porta Pia. Het biermerk werd steeds meer een stimulans voor de economie van de hoofdstad. Het bedrijf was trouwens niet Romeins. Het was opgericht in 1846 in Vigevano.  In 1864 opende men een filiaal in Rome. Maar Peroni is meer dan  economie. Het is ook een glanzend steentje in het cultuur-historische mozaïek van de Italiaanse identiteit. Dit jaar opent ook een historisch café op Piazza del Popolo: Caffè Rosati. Heel anders van aard waren de verkiezing van paus Pius XI, de mars op Rome en de eerste regering Mussolini. Dit overzicht ‘Rome 1922 Gedenkwaardige dagen’ geeft een lijstje van veertien dagen.

De belangrijkste gebeurtenissen in oktober, november en december betreffen het begin van de machtsperiode van Mussolini en de dictatuur van het fascisme. De terugkeer naar de democratie voltrok zich in 1946 met het referendum waarmee de republiek als staatsvorm werd gekozen. 

22 januari

  •  Paus Benedictus XV overlijdt. Zijn naam was Giacomo Paolo Giovanni Battista della Chiesa (1854-1922), geboren in Genua op 21 november 1854.

  • Hij was paus van 1914 tot aan zijn dood. Fel tegenstander van de Eerste Wereldoorlog. 

Rome 1922 Gedenkwaardige dagen in de hoofdstad

2 februari

  • De regering van eerste minister Ivanoe Bonomi (1873-1951) komt ten val. Zijn aftreden is het gevolg van politieke acties van Mussolini. Wikipedia.

5 februari

  • In de Sixtijnse Kapel begint het conclaaf.

6 februari

  • Het conclaaf kiest Achille Ratti (1857-1939) tot nieuwe paus. Bij zijn kroning op 12 februari 1922 neemt hij de naam Pius XI aan. Wikipedia.

24 mei

  • Tijdens de herbegraving in Rome van de oorlogsheld Enrico Toti (1882-1916) breken bloedige rellen uit. Met aan de ene kant de comunisten en anarchisten, en aan de andere de koninklijke troepen (Guardia Regia). Men betreurde een dode en er vielen ruim twintig gewonden. Een algemene staking volgt. De gebeurtenis geeft één ding goed aan:  de  politieke situatie was zeer gespannen. 

18 juni

  • Tegenover Station Termini opent het Huis van de Passagier, la Casa del Passeggero. Het was eigenlijk een hotel. Het was bedoeld voor de treinreizigers en mensen van buiten die per tram de stad bereikten. In het huis nam regisseur Dino Risi in 1959 enkele scènes op voor een film. De bekende Milanese schrijver Alberto Arbassino gaf het huis een rol in zijn verhalen.

Rome 1922 Gedenkwaardige dagen in het kort

1 augustus

  • De regering van eerste minister Luigi Facto (1831-1930) treedt af. Aanleiding was de weigering van de koning de noodwet te tekenen. Die wet was bedoeld om Mussolini met de inzet van het leger een halt toe te roepen. Facta vormt daarna echter weer een nieuwe regering. Wikipedia.

21 september

  • Op deze dag opende men officiëel de galerijen van Piazza Colonna. Het was een ontwerp van de architect Dario Carbone (1857-1934).

27 oktober

  • De fascistische milities kondigen de Mars op Rome aan.
  • Regering Luigi Facta presenteert aan de koning een ontwerp noodwet. Die zou feitelijk tot een staat van bezetting leiden. Vittorio Emanuele III weigert opnieuw te tekenen.
  • Generaal Arturo Cittadini (1864-1928), adjudant des konings, stuurt uit diens naam een telegram aan Mussolini om hem naar Rome te ontbieden.

28 oktober

  • De Mars op Rome vindt plaats.
  • De regering Facta II treedt af.
  • De rechts-liberale leider Antonio Salandra krijgt opdracht een nieuwe regering te vormen.

29 oktober

  • De fascisten wijzen een regering Salandra af.  
  • Mussolini neemt om 20.30 de nachttrein met slaapcoupé van Milaan naar Rome.

Rome 1922 Gedenkwaardige dagen in de hoofdstad

30 oktober

  • De fascistische milities krijgen toestemming om Rome binnen te trekken. Het leger en de politie komen niet in actie.
  • Mussolini arriveert om 10.50 uur in de hoofdstad en begeeft zich vervolgens naar het Quirinaal. Na een gesprek van een uur draagt de koning hem formeel op een regering te vormen.
  • Dezelfde avond om 19.20 uur presenteert Mussolini zijn lijst ministers aan de koning, die instemt met het voorstel. Mussolini’s regering bestaat uit twaalf ministers waaronder drie fascisten. Verder een liberaal, een democraat en leden van andere politieke richtingen. Mussolini neemt overigens de ministeries van binnenlandse en buitenlandse zaken ad interim onder zijn hoede.

31 oktober

  • Honderduizend zwarthemden van de P.N.F., de Partito Nazionale Fascista, komen bijeen in Villa Borghese. Vandaar trekken zij op naar het Altaar van het Vaderland, zie afbeelding waarmee deze post opent. Daarna presenteren zij zich voor het Quirinaal, de koninklijke residentie.
  • De regering Mussolini wordt beëdigd in het koninklijk paleis.

1 november

  • Fascistische knokploegen molesteren Giuseppe Lemmi en Nicola Bombacci (1879-1945). Zij behoorden tot de oprichters van de Italiaanse comunistische partij. Bombacci werd in 1935 fascist en bracht het na 1943 zelfs tot adviseur van Mussolini. Zie hier voor foto’s uit die dagen.

2 november

  • De Romeinse politie  maakt in een rapport melding van 19 doden en veel gewonden als gevolg van acties van fascistische knokploegen.

16 november

  • Mussolini houdt in de Kamer een arrogante rede. Hij krijgt het vertrouwen van 306 kamerleden. Er stemmen 116 leden tegen. Deze rede krijgt bekendheid als de Toespraak van het Bivak.

25 november

  • De tweede kamer stemt in met de wet die aan de regering volledige macht verleent. Stemming: 275 voor, 90 tegen. Twee dagen later stemt ook de senaat voor de wet.

15 december

  • Mussolini roept in zijn suite in het Grand Hotel de vergadering bijeen die vanaf deze dag de Grote raad van het fascisme (Gran consiglio del fascismo) zal heten.

21 december

  • In een toespraak in de Kamer op 17 november was het antifascistische kamerlid Giovanni Conti (1882-1957) van de Italiaanse republikeinse partij fel van leer getrokken tegen Mussolini en diens regering. Een Romeinse fascistische knokploeg verschaft zich met geweld toegang tot zijn woning. Hij wordt gemolesteerd en gedwongen wonderolie, ‘olio di ricino’, te drinken.

23 december

  • Pius XI  kondigt in de encycliek Ubi arcano Dei het XXIIIº Heilige Jaar aan. Het zal worden gevierd in 1925.

28 december

  •  In het Paleis van de familie Chigi is een belangrijke bibliotheek. Mussolini schenkt haar aan de Vaticaanse Bibliotheken. Het Paleis geeft hij de bestemming  regeringszetel. En dat is tot op heden zo gebleven. Wikipedia.

29 december

  • De aardbeving in Centraal Italië wordt ook in Rome gevoeld. Tijdstip: rond 12.20 uur.

30 december

  • Mussolini vaardigt een arrestatiebevel uit voor alle Italiaanse leden van de delegatie die hadden deelgenomen aan het IV Congres van de Derde Internationale te Moscou. Onder hen waren Amadeo Bordiga en Antonio Gramsci.

Terug naar 1921 
Ga naar 1923
Naar alle jaren

Aantekeningen bij Rome 1922 Gedenkwaardige dagen

  • We zijn nu honderd jaar verder. Vooral de mars op Rome en het begin van de fascistische dictatuur zullen dit en de komende jaren veel aandacht krijgen.
  • Voor Caffè Rosati zie hier hun website met enkele historische foto’s.
  • Zie voor het gebruik van wonderolie deze pagina.

 

Gramsci over Italo Svevo en Svevi’s ontdekking in Italië

Dit artikel over een tekst van Antonio Gramsci over Italo Svevo, die zou zijn ontdekt door Italiaanse letterkundigen, geeft aan dat de polemiek al vrij snel na de dood van Svevo was ontbrand. Gramsci’s opstel dateert uit 1932 en staat in een van de schriften waarin hij zijn aantekeningen noteerde gedurende de jaren die hij doorbracht in de gevangenis. Na de oorlog werden ze uitgegeven als de Quaderni del carcere. Gramsci ontving in zijn cel niet alleen boeken maar ook een flink aantal literaire tijdschriften, die hij systematisch doornam. Zoals bekend was de literatuur vanaf zijn jeugd een constante in Gramsci’s bestaan. Onder de illustratie begint mijn vertaling van Gramsci’s tekst.

Gramsci over Italo Svevo zijn ontdekking in Italië

De ‘ontdekking’ van Italo Svevo

De naam Italo Svevo werd aan de Italiaanse letterkundigen onthuld door James Joyce, die de schrijver in Triëst persoonlijk had gekend (er moet wel aan herinnerd worden, dat Svevo rond 1900 een paar keer in de Critica Sociale had gepubliceerd.)

In hun herdenkingsnummer over Italo Svevo meldde het tijdschrijft Fiera Letteraria dat aan deze ‘onthulling’ een Italiaanse ‘ontdekking’ vooraf was gegaan:

‘De afgelopen dagen heeft een deel van de Italiaanse pers opnieuw geschreven dat de ontdekking van Svevo een ‘Franse’ aangelegenheid zou zijn geweest (namelijk te danken aan Crémieux, met wie Joyce had gesproken; de redactie van het tijdschrift speelt hier dubbelzinnig in op de onduidelijkheid). Zelfs de belangrijkste kranten blijken niet op de hoogte van wat al eerder bekend en herhaald was geworden. Daarom is het nodig opnieuw vast te stellen, dat de Italiaanse letterkundigen de eersten waren die werden geïnformeerd over het werk van Svevo. En het was te danken aan Eugenio Montale, die over hem schreef in de tijdschriften Esame en Quindicinale, dat de schrijver uit Triëst in Italië de eerste officiële erkenning kreeg.

Natuurlijk willen wij hiermee niets afdingen aan wat de vreemdelingen toekomt. Het lijkt ons echter correct geen schaduw te laten vallen over de oprechtheid, en ja, over onze fierheid bij dit eerbetoon aan onze overleden vriend. (In La Fiera Letteraria van 23 settembre 1928 – Svevo stierf op 13 settember – deze woorden staan in de redactionele inleiding op de artikelen van Montale, “Ultimo addio”, en Giovanni Comisso, “Colloquio”.

Zalvend

Maar deze zalvende en jesuïtische woorden staan in schril contrast met wat Carlo Linati schrijft in zijn artikel “Italo Svevo, romanziere” in de Nuova Antologia van februari 1928: ‘Twee jaar geleden was ik te gast op een avond georganiseerd door een Milanese club van intellectuelen. Op een bepaald moment kwam er een jonge schrijver uit Parijs binnen, die ons langdurig onderhield over een diner ter ere van Pirandello, dat de Pen Club hem in naam van de Parijse schrijvers had aangeboden. De schrijver voegde er aan toe, dat hij over de moderne Italiaanse literatuur had gesproken met James Joyce, die hem zei: – Maar jullie Italianen hebben zonder het misschien te beseffen een groot prozaschrijver in huis. – Wie dan ? – Italo Svevo, uit Triëst.’

Linate zegt dat echt niemand die naam kende, evenmin als de jonge schrijver die met Joyce had gesproken. Montale slaagde er uiteindelijk in om een exemplaar van Senilità te ‘ontdekken’, waarna hij in Esame over de roman schreef.’

Dit is hoe de Italianen met ‘trots’ Svevo hebben ‘ontdekt’. Is dit puur toeval? Het lijkt er allerminst op, want bij Fiera Letteraria waren al eerder twee toevalligheden voorgevallen, namelijk de roman Gli Indifferenti van Moravia en Malagigi van Nino Savarese. Over hen sprak het tijdschrift pas toen ze door een literaire prijs werden gesignaleerd. In werkelijkheid geven deze lieden geen fluit om literatuur en poëzie, noch om kunst en cultuur, maar beoefenen zij het beroep van koster van de literatuur.

Aantekeningen bij Gramsci over Italo Svevo zijn ontdekking in Italië

  • Het socialistische tijdschrift Critica sociale werd in 1891 in Milaan opgericht door Filippo Turati. Van Italo Svevo publiceerde het tijdschrift in n° VII, 1897, pp. 334-336 het verhaal “La tribù”, Nederlands: “De stam”. Het lijkt erop dat Gramsci’s geheugen niet heel precies is, want behalve dit verhaal vind ik in de Svevo bibliografie geen verwijzingen naar andere publicaties in het tijdschrift van Turati.
  • Het tijdschrift La Fiera Letteraria werd opgericht in 1925 en behield deze naam tot 1929. In dat jaar werd het omgedoopt tot L’Italia Letteraria en bleef bestaan tot 1936.
  • Giovanni Comisso (1895-1969) was een schrijver en correspondent van Svevo.
  • Carlo Linati (1878-1949) publiceerde een dertigtal romans en bundels verhalen. Hij werkte mee aan verschillende literaire tijdschriften. Hij vertaalde enkele belangrijke auteurs uit het Engels, waaronder Stevenson, Joyce en Henry James. Met James Joyce was hij bevriend geraakt.
  • Het diner vond plaats in Parijs op 14 maart 1928.
  • De naam van de ‘jonge schrijver’ heb ik nog niet gevonden.
  • Nino Savarese (1882-1945) was een belangrijke Italiaanse schrijver tussen de twee wereldoorlogen. Hij schreef in een lyrische stijl.
  • Zie hier andere artikelen over Svevo in dit weblog.
  • En zie hier voor de Fondazione Gramsci in Rome.