Rodari redde schilder Sironi van de kogel

Rodari redde schilder Sironi van de kogel

Dit is het punt: Gianni Rodari redde schilder Sironi van de kogel kort na de bevrijding van Italië op 25 april 1945 van het nazifascisme. Een moreel dilemma waarvan de schepper van wereldwijd geliefde poëzie voor kinderen en volwassenen zich maar nauwelijks kon bevrijden.

Fascisme: opkomst en consolidatie van terreur

De fascistische beweging eerst en het fascistische dictatoriale regiem daarna, hebben haar opponenten altijd met intimidatie, agressie en geweld bestreden. Openlijk verzet tegen de beweging werd in de beginjaren 1919 tot 1922 door de fascistische militie (lees:  knokploegen) met stokslagen en wonderolie brutaal afgestraft. Met name socialisten en communisten moesten het ontgelden en velen van hen bekochten hun verzet met de dood of blijvend lichamelijk en/of geestelijk letsel.

Toen Mussolini eind oktober 1922 aan de macht kwam en in het voorjaar van 1923 de dictatuur een feit werd, werden de permanente agressie en intimidatie een aangelegenheid van de staat. De fascistische knokploegen werden door wetgeving omgezet tot een gewapend privé-leger onder direct bevel van Benito Mussolini. Bekende slachtoffers van de politieke terreur die toen volgde waren Antonio Gramsci (1891-1937) en Giacomo Matteotti (1885-1924), maar de vele duizenden anderen blijven daarmee ongenoemd.

De bevrijding

Na de bevrijding op 25 april 1945 ontlaadde zich de decennia lang opgebouwde haat tegen de fascisten die in naam van een criminele ideologie ontelbare misdaden hadden begaan. Niet zelden waren het vergeldingsacties van min of meer persoonlijke aard. Dat was formeel gesproken natuurlijk niet de bedoeling. De gearresteerde fascisten diende men aan de  Italiaanse en geallieerde militaire autoriteiten over te dragen. Deze procedure was gevolgd met de Engelse nazi-collaborateur John Amery, die in zijn vaderland werd berecht en ter dood veroordeeld (zie hier). De toen 25-jarige en toekomstige schrijver en dichter Gianni Rodari leidde de patroulle die Amery had gearresteerd en overgedragen aan de commandant van de 52° Brigade Garibaldi waar zijn patrouille deel van uitmaakte. Tot zover alles volgens de regels van het oorlogsrecht.

Maar behalve eigen initiatief (een vorm van standrecht) en het volgen van de regels bestond nog een derde mogelijkheid. Die viel Mario Sironi (1885-1961) te beurt, zoals we zullen zien.

De schilder Sironi, fascist, op de vlucht

Kunstenaar Mario Sironi was reeds in 1919 tot het fascisme toegetreden. De futurist Marinetti (ook fascist) noteert in zijn dagboek dat Sironi aanwezig was bij een vergadering in oktober 1919 in Milaan. In de glorietijd van de dictatuur was Sironi opgeklommen tot een kunstenaar van grote faam. Hij had in vele monumentale kunstwerken het fascisme gecelebreerd. Hij verzorgde het  ‘decor’ voor de tentoonstelling in 1932 over 10 jaar mars op Rome. (Zie de afbeelding waarmee dit stukje opent.) En met bijtende satirische tekeningen in het fascistische tijdschrift Gerarchia dreef hij jarenlang de spot met de tegenstanders van de dictatuur. Deze gevierde kunstenaar moest na de bevrijding – hij was inmiddels bijna 60 – de huid zien te redden, want hij wist maar al te goed dat er ook voor hem een kogel was gereserveerd.

Direct na de bevrijding begaf hij zich met zijn hond op weg naar Como. De autoweg Milaan – Como werd gecontroleerd door patrouilles van de Garibaldi Brigades en zo viel de man met zijn hond aan de lijn in handen van de groep partizanen gecommandeerd door Gianni Rodari. Die kende en bewonderde het werk van Sironi. Nu stonden de vluchtende kunstenaar en zijn hond vóór de cultuur- en kunstliefhebbende commandant. Wat te doen?

De herinneringen van Gianni Rodari

Rodari liet de fascistische kunstenaar gaan. In een autobiografische aantekening schrijft de dichter: ‘Ik weet niet of ik er trots op kan zijn: In naam van de kunst ondertekende ik zijn vrijgeleide. Bij de brigadecommandant maakte ik geen melding van deze dingetjes.’ En hij vervolgt: ‘Sironi ging weg met zijn hond, waarheen was niet belangrijk. […] Voor mij waren zijn schilderijen lessen in tragedie geweest, niet meer en niet minder dan de Lettera dall’Amiata van Montale.’ Heel opmerkelijk, deze vergelijking met het beroemde gedicht van Eugenio Montale uit 1938.

De kunstenaar Sironi ontliep de kogel. Hij dankte zijn leven aan zijn jonge bewonderaar en communistische verzetstrijder Gianni Rodari. Mario Sironi  sterft in 1961 in Milaan na een zeer productief en succesvol kunstenaarsleven.

Het kunstenaarschap van de schrijver en dichter Gianni Rodari deed niet onder in creatieve productie en zou eveneens wereldwijde erkenning verwerven. Hij stierf op 14 april 1980 in Rome.

De juiste beslissing?

In de geciteerde autobiografische aantekening vraagt Rodari zich af of hij er goed aan deed Sironi te laten gaan in naam van de Kunst. De Engelsman Amery was immers door hem overgedragen aan zijn brigadecommandant en later berecht. Om zich te rechtvaardigen schrijft Rodari dat de kunstnaar Sironi echt veel belangrijker was dan de collaborateur Amery. Niettemin blijft de twijfel knagen. Hij besefte na de oorlog heel goed met twee maatstaven te hebben gemeten. Een ontoelaatbare handelwijze met rampzalige gevolgen.

Vanuit het gezichtspunt van correcte rechtspleging ware het beter geweest dat de schilder op dezelfde manier was behandeld. Maar Rodari wist maar al te goed, dat voor een Italiaanse fascist van het kaliber van Mario Sironi niet dezelfde regels zouden gelden. De leiding van het Milanese verzet zou hem zeker hebben gefusilleerd. Sironi was immers niet alleen een fascist van het eerste uur, maar tot aan het einde toe trouw gebleven aan Mussolini en het regiem.

Benito Mussolini werd overigens samen met zijn minnares Clara Petacci op 28 april 1945 in het  dorpje Dongo in de provincie Como door het Italiaanse verzet doodgeschoten. En een niet gering aantal van zijn mededaders was in die dagen hetzelfde lot beschoren. (Zie deze post.)

Aantekeningen bij Rodari redde schilder Sironi van de kogel

  • Rodari vergist zich bij het citeren van het gedicht van Montale. De correcte titel is ‘Notizie dall’Amiata’, Berichten van de Amiata. Rodari schrijft echter ‘Lettera’, dus Brief. Het gedicht staat in de bundel Le occasioni 1928-1939 uit 1949 op pp. 99-101. Een Nederlandse vertaling van het gedicht verscheen in het tijdschrift Yang, jaargang 25, 1989. Meer gegevens ontbreken op db.nl.
  • Rodari vergist zich ook in de spelling van de achternaam van John Emery, die wordt geschreven als Amery. Een dergelijke onnauwkeurigheid wordt niet zelden door anderen overgenomen. Het overkwam ook de Italiaanse journalist en bestsellerauteur Aldo Rodari redde schilder Sironi van de kogelCazzullo in zijn recente boek Mussolini capobanda. Perché dovremmo vergognarsi del fascismo. Milaan: Mondadori 2022, pp. 96-97. [Mussolini bendeleider: Waarom we ons zouden moeten schamen voor het fascisme.]
  • Zie mijn andere artikelen over Gianni Rodari hier en hier.
  • Over Sironi zie deze wikipedia-pagina (it) en deze website (it) over hem. Ik nam van Sironi-onderzoekster Elena Pontiggia enkele noties over.
  • Zie hier een Nederlandse wikipediapagina over de berg Amiata.
Print Friendly, PDF & Email

Rome 1922 Gedenkwaardige dagen in de hoofdstad

Rome 1922 Gedenkwaardige dagen in de hoofdstad

In 1922 vonden in de Italiaanse hoofdstad belangrijke gebeurtenissen plaats. En wel op de gebieden van economie, politiek en religie. Hun invloed is merkbaar tot op de dag van vandaag. Eerst het economischeRome 1922 Gedenkwaardige dagen in de hoofdstad. In 1922 bouwde de bierfabriek Peroni een grote vestiging in de buurt van Porta Pia. Het biermerk werd steeds meer een stimulans voor de economie van de hoofdstad. Het bedrijf was trouwens niet Romeins. Het was opgericht in 1846 in Vigevano.  In 1864 opende men een filiaal in Rome. Maar Peroni is meer dan  economie. Het is ook een glanzend steentje in het cultuur-historische mozaïek van de Italiaanse identiteit. Dit jaar opent ook een historisch café op Piazza del Popolo: Caffè Rosati. Heel anders van aard waren de verkiezing van paus Pius XI, de mars op Rome en de eerste regering Mussolini. Dit overzicht ‘Rome 1922 Gedenkwaardige dagen’ geeft een lijstje van veertien dagen.

De belangrijkste gebeurtenissen in oktober, november en december betreffen het begin van de machtsperiode van Mussolini en de dictatuur van het fascisme. De terugkeer naar de democratie voltrok zich in 1946 met het referendum waarmee de republiek als staatsvorm werd gekozen. 

22 januari

  •  Paus Benedictus XV overlijdt. Zijn naam was Giacomo Paolo Giovanni Battista della Chiesa (1854-1922), geboren in Genua op 21 november 1854.

  • Hij was paus van 1914 tot aan zijn dood. Fel tegenstander van de Eerste Wereldoorlog. 

Rome 1922 Gedenkwaardige dagen in de hoofdstad

2 februari

  • De regering van eerste minister Ivanoe Bonomi (1873-1951) komt ten val. Zijn aftreden is het gevolg van politieke acties van Mussolini. Wikipedia.

5 februari

  • In de Sixtijnse Kapel begint het conclaaf.

6 februari

  • Het conclaaf kiest Achille Ratti (1857-1939) tot nieuwe paus. Bij zijn kroning op 12 februari 1922 neemt hij de naam Pius XI aan. Wikipedia.

24 mei

  • Tijdens de herbegraving in Rome van de oorlogsheld Enrico Toti (1882-1916) breken bloedige rellen uit. Met aan de ene kant de comunisten en anarchisten, en aan de andere de koninklijke troepen (Guardia Regia). Men betreurde een dode en er vielen ruim twintig gewonden. Een algemene staking volgt. De gebeurtenis geeft één ding goed aan:  de  politieke situatie was zeer gespannen. 

18 juni

  • Tegenover Station Termini opent het Huis van de Passagier, la Casa del Passeggero. Het was eigenlijk een hotel. Het was bedoeld voor de treinreizigers en mensen van buiten die per tram de stad bereikten. In het huis nam regisseur Dino Risi in 1959 enkele scènes op voor een film. De bekende Milanese schrijver Alberto Arbassino gaf het huis een rol in zijn verhalen.

Rome 1922 Gedenkwaardige dagen in het kort

1 augustus

  • De regering van eerste minister Luigi Facto (1831-1930) treedt af. Aanleiding was de weigering van de koning de noodwet te tekenen. Die wet was bedoeld om Mussolini met de inzet van het leger een halt toe te roepen. Facta vormt daarna echter weer een nieuwe regering. Wikipedia.

21 september

  • Op deze dag opende men officiëel de galerijen van Piazza Colonna. Het was een ontwerp van de architect Dario Carbone (1857-1934).

27 oktober

  • De fascistische milities kondigen de Mars op Rome aan.
  • Regering Luigi Facta presenteert aan de koning een ontwerp noodwet. Die zou feitelijk tot een staat van bezetting leiden. Vittorio Emanuele III weigert opnieuw te tekenen.
  • Generaal Arturo Cittadini (1864-1928), adjudant des konings, stuurt uit diens naam een telegram aan Mussolini om hem naar Rome te ontbieden.

28 oktober

  • De Mars op Rome vindt plaats.
  • De regering Facta II treedt af.
  • De rechts-liberale leider Antonio Salandra krijgt opdracht een nieuwe regering te vormen.

29 oktober

  • De fascisten wijzen een regering Salandra af.  
  • Mussolini neemt om 20.30 de nachttrein met slaapcoupé van Milaan naar Rome.

Rome 1922 Gedenkwaardige dagen in de hoofdstad

30 oktober

  • De fascistische milities krijgen toestemming om Rome binnen te trekken. Het leger en de politie komen niet in actie.
  • Mussolini arriveert om 10.50 uur in de hoofdstad en begeeft zich vervolgens naar het Quirinaal. Na een gesprek van een uur draagt de koning hem formeel op een regering te vormen.
  • Dezelfde avond om 19.20 uur presenteert Mussolini zijn lijst ministers aan de koning, die instemt met het voorstel. Mussolini’s regering bestaat uit twaalf ministers waaronder drie fascisten. Verder een liberaal, een democraat en leden van andere politieke richtingen. Mussolini neemt overigens de ministeries van binnenlandse en buitenlandse zaken ad interim onder zijn hoede.

31 oktober

  • Honderduizend zwarthemden van de P.N.F., de Partito Nazionale Fascista, komen bijeen in Villa Borghese. Vandaar trekken zij op naar het Altaar van het Vaderland, zie afbeelding waarmee deze post opent. Daarna presenteren zij zich voor het Quirinaal, de koninklijke residentie.
  • De regering Mussolini wordt beëdigd in het koninklijk paleis.

1 november

  • Fascistische knokploegen molesteren Giuseppe Lemmi en Nicola Bombacci (1879-1945). Zij behoorden tot de oprichters van de Italiaanse comunistische partij. Bombacci werd in 1935 fascist en bracht het na 1943 zelfs tot adviseur van Mussolini. Zie hier voor foto’s uit die dagen.

2 november

  • De Romeinse politie  maakt in een rapport melding van 19 doden en veel gewonden als gevolg van acties van fascistische knokploegen.

16 november

  • Mussolini houdt in de Kamer een arrogante rede. Hij krijgt het vertrouwen van 306 kamerleden. Er stemmen 116 leden tegen. Deze rede krijgt bekendheid als de Toespraak van het Bivak.

25 november

  • De tweede kamer stemt in met de wet die aan de regering volledige macht verleent. Stemming: 275 voor, 90 tegen. Twee dagen later stemt ook de senaat voor de wet.

15 december

  • Mussolini roept in zijn suite in het Grand Hotel de vergadering bijeen die vanaf deze dag de Grote raad van het fascisme (Gran consiglio del fascismo) zal heten.

21 december

  • In een toespraak in de Kamer op 17 november was het antifascistische kamerlid Giovanni Conti (1882-1957) van de Italiaanse republikeinse partij fel van leer getrokken tegen Mussolini en diens regering. Een Romeinse fascistische knokploeg verschaft zich met geweld toegang tot zijn woning. Hij wordt gemolesteerd en gedwongen wonderolie, ‘olio di ricino’, te drinken.

23 december

  • Pius XI  kondigt in de encycliek Ubi arcano Dei het XXIIIº Heilige Jaar aan. Het zal worden gevierd in 1925.

28 december

  •  In het Paleis van de familie Chigi is een belangrijke bibliotheek. Mussolini schenkt haar aan de Vaticaanse Bibliotheken. Het Paleis geeft hij de bestemming  regeringszetel. En dat is tot op heden zo gebleven. Wikipedia.

29 december

  • De aardbeving in Centraal Italië wordt ook in Rome gevoeld. Tijdstip: rond 12.20 uur.

30 december

  • Mussolini vaardigt een arrestatiebevel uit voor alle Italiaanse leden van de delegatie die hadden deelgenomen aan het IV Congres van de Derde Internationale te Moscou. Onder hen waren Amadeo Bordiga en Antonio Gramsci.

Terug naar 1921 
Ga naar 1923
Naar alle jaren

Aantekeningen bij Rome 1922 Gedenkwaardige dagen

  • We zijn nu honderd jaar verder. Vooral de mars op Rome en het begin van de fascistische dictatuur zullen dit en de komende jaren veel aandacht krijgen.
  • Voor Caffè Rosati zie hier hun website met enkele historische foto’s.
  • Zie voor het gebruik van wonderolie deze pagina.

 

Print Friendly, PDF & Email

Italiaanse neofascisten herdenken Mussolini ook weer in 2021

Italiaanse neofascisten herdenken Mussolini ook weer in 2021. Datum: 2 mei 2021. Tijd: vanaf 11.30uur. Plaats: vóór het toegangshek van Villa Belmonte. Deze villa ligt aan de via xxiv maggio in het gehucht Giulino di Mezzegra, gemeente Tremezzina  (provincie Como), op ongeveer 20 kilometer van Dongo. Zie hier een still uit de korte video van het agentschap ANSA die men op het internet kan zien. In het midden de twee witte affiches vastgemaakt op het hek. Op het rechter de tekst ‘Alleen God kan het fascisme stoppen. Niet de mensen of de dingen.’ Op het linker staat dat de regering faalt inzake Covid-19.

Italiaanse neofascisten herdenken Mussolini ook weer in 2021

Deze mensen zijn afkomstig uit Como en zijn lid van de vereniging Mario Nicolini, die de bevordering van de cultuur beoogt. Hieronder nog een foto van dezelfde ceremonie die zich rond het middaguur afspeelde.

Italiaanse neofascisten herdenken Mussolini ook weer in 2021
Foto van Walter Selva

De duce terechtgesteld

Maar wat wordt er eigenlijk herdacht door dit handjevol neofascisten? Het feit dat op 28 april 1945 ’s middags om tien over vier Benito Mussolini door het Italiaanse Verzet ter dood werd gebracht. Het besluit voor de terechtstelling nam het Comité voor de Nationale Bevrijding, het CLN, in Milaan. Voor de uitvoering van het vonnis wees men de verzetsman kolonel ‘Valerio’ aan. Zijn echte naam was Walter Ausilio (1909-1973).

De brillante Italiaanse  regisseur Carlo Lizzani maakte van de weken en dagen die aan de terechtstelling voorafgingen een cinematografische reconstructie: ‘Mussolini ultimo atto’ (1974). De acteur Rod Steiger speelde de rol van Mussolini, Franco Nero die van Walter Ausilio, Lisa Gastoni die van Claretta Petacci en Henry Fonda die van kardinaal Schuster.

De jaarlijkse herdenkingen

De nostalgici van het Italiaanse fascisme herdenken deze dag al vanaf 1984. De burgemeester van Tremezzina Mauro Guerra, gekozen in 2014 en in 2019 herkozen, probeerde tevergeefs de neofascistische manifestatie te blokkeren. Zijn verzoek van 23 april 2021 aan de prefect had geen effect, omdat de neofascisten een beroep konden doen op het recht tot manifestatie. En ze konden immers niet vooraf worden beschuldigd van ‘apologie van het fascisme’, dat in Italië een strafbaar feit is. Het is zeker niet toevallig dat de voorzitter van de Vereniging Mario Nicolini, Salvatore Ferrara, in een interview verklaarde dat het ging om een jaarlijks herhaalde plechtigheid ter herdenking van ‘onze gevallenen’. Hij specificeerde de term met: ‘onze afgemaakte partijfunctionarissen’ en ‘Benito Mussolini en Clara Petacci, lafhartig vermoord door het verzet’. En verder benadrukt hij nog eens: ‘onze herdenking is zeker geen ‘apologie van het fascisme’.

Ter verduidelijking. De hoge partijfunctionarissen waren de leiders van de Repubblica Sociale Italiana (RSI), opgericht in Salò in september 1943. Onder leiding van Mussolini hielpen zij de nazi’s actief bij de deportatie van de in Noord-Italië verblijvende Joden naar de vernietigingskampen. Met steun van de nazi’s voerden zij een bloedige burgeroorlog tegen het Italiaanse verzet. Aan dit alles kwam een einde met de bevrijding van Italië op 25 april 1945.

Waakzaamheid

‘Italiaanse neofascisten herdenken Mussolini’ is een jaarlijks terugkerend verschijnsel dat men niet moet overschatten. Niettemin kan de conclusie  slechts deze zijn: in geen geval dient men het als folkloristisch of als irrelevant ter zijde te schuiven. Het bestaan ervan duidt op de aanwezigheid van sporen van het historische fascistische wereldbeeld in de Italiaanse samenleving. Een proces van herinnering dat actief, continue en permanent lijkt . En onderwerp van groeiend historisch en sociologisch onderzoek.

Tot slot roep ik het woord ‘waakzaamheid’ in herinnering, denkend aan de lessen van Menno ter Braak en de zijnen in de jaren dertig van de vorige eeuw.

Aantekeningen bij Italiaanse neofascisten herdenken Mussolini

  • Voor de film van Carlo Lizzani wikipedia pagina Engels.
  • Gemeente Tremezzina wiki.
  • Voor de verklaringen van de neofascist Salvatore Ferrara zie hier.
  • Het CLN. De afkorting  staat voor: Comitato per la Liberazione Nazionale.
Print Friendly, PDF & Email

Gemeenteraadsleden brengen fascistische groet

27 januari 2021: het stadje Cogoleto in Ligurië

Drie gemeenteraadsleden brengen de fascistische groet tijdens de zitting van de raad op woensdag 27 januari 2021. De avond ervoor herdenkt de raad de bevrijding van Auschwitz-Birkenau. De ochtend daarna, dus 27 januari, komt men opnieuw bijeen. Op de agenda staan de voorstellen om over te stemmen. De burgemeester licht ze een voor een toe en brengt ze in stemming. Drie leden van de oppositie maken hun tegenstem kenbaar door handopsteken. Dat is de normale gang van zaken, ware het niet dat zij dit op de morgen van 27 januari met de fascistische groet doen. En wie herinnert zich niet hoe razend ‘populair’ die in het Italiaanse interbellum was! Die goede oude tijd dachten de drie, hun rechterarn fier omhoog stekend: de befaamde ‘saluto Romano’ (hier de authentieke). In Noord-Europa beter bekend onder de naam ‘Hitlergroet’. De drie raadsleden zijn hieronder te zien met hun rechterarm omhoog.

Cogoleto gemeenteraadsleden brengen fascistische groet
De drie raadsleden stemmen tegen met de rechterarm gestrekt.

Nostalgie naar het fascisme van weleer ?

Het gaat om de raadsleden Francesco Biamonti, Valeria Amadei en Mauro Siri. Wie zijn deze lieden? Ten eerste de heer Biamonte (geb. 1959). Hij zit in de raad voor de Lega Nord (partijleider: Matteo Salvini). Ten tweede is er mevrouw Amadei, die hoort bij Fratelli d’Italia (partijleider: Giorgia Meloni), de partij die de erfenis van Mussolini wellicht het meest koestert. Ten slotte de heer Siri. Hij is een onafhankelijke politicus, maar bij rechts populistische stromingen in te delen. Na de derde stemming, waarbij de drie raadsleden telkens hun rechterarm ostentatief opstaken, ontstak de rest van de raad in heftige verontwaardiging.

De eerste reacties

Aangezien de raadsvergadering gevolgd kon worden in streaming, kwamen de reacties in de media snel los. Eerst op de websites van de locale media en later in de regionale en nationale kranten. Giovanni Toti, de gouverneur van de regio Ligurië, schrijft ‘… wat er is gebeurd tijdens de raadsvergadering is onaanvaardbaar. De raadsleden die de fascistische groet brachten, begingen niet alleen een strafbaar feit, maar eveneens een grove belediging van de slachtoffers van de nazifascistische misdaden.’ De woorden van Toti (ooit oogappel en discipel van Silvio Berlusconi) laat aan duidelijkheid niets te wensen over.

In de loop van woensdag namiddag kwam de verklaring van de Anpi. Anpi staat voor de Vereniging van de Italiaanse Verzetsmensen, zeer actief en bijzonder allert. In hun persbericht spreken zij niet alleen hun afschuw en verontwaardiging uit, maar eisen zij bovendien ‘… het aftreden van de drie nostalgici van Cogoleto.’

Reactie uit eigen gelederen

De regionale woordvoerder van Fratelli d’Italia, het politieke huis van het raadslid Valeria Amadei,  verklaarde dat men van haar een passende verklaring voor het gedrag in de vergadering verwachtte. Op straffe van uitzetting. Haar partij kan immers geen leden dulden, die voor de rechter moeten komen wegens apologie van het fascisme.

Tot slot

Wat moet men, concluderend, van het gedrag van deze raadsleden denken? Was het een provocatie? Ongetwijfeld! Het is immers ondenkbaar dat de drie niet wisten welke betekenis 27 januari in Europa heeft.  Het is daarom te hopen dat een onderoeksrechter de zaak spoedig ter hand neemt.

Aantekeningen

Het stadje Cogoleto ligt aan de kust in de regio Ligurië op zo’n 35 kilometer van Genua. Het telt rond 9000 inwoners.  Sinds 2020 is Paolo Bruzzone de burgemeester, die de centrum-linkse coalitie leidt. Zie wikipedia: Nederlands.

Print Friendly, PDF & Email

Friulaans gemeenteraadslid in SS-uniform

Het gemeenteraadslid Vaccarin

Een Friulaans gemeenteraadslid in SS-uniform is een ernstige kwestie. De heer Gabrio Vaccarin (geb. 1966) is lid van de gemeenteraad van Nimis, een dorp van nog geen 3000 inwoners in de buurt van Udine. Hij behoort tot de vier leden van de oppositie, die met de acht leden van de meerderheid de gemeenteraad vormen. De gekozen burgemeester is mevrouw Gloria Bressani.
Dit is een foto van de heer Vaccarin. Naar zijn zeggen had hij zich verkleed om carnaval te vieren, in het verre 2010 of 2011.

Friulaans gemeenteraadslid in SS uniform

U ziet het goed. Hij is gekleed in een SS-uniform en achter hem hangt een portret van Adolf Hitler, die ook al in uniform is. De foto zit in een passend lichtbruin lijstje. De heer Vaccarin ziet er heel gewoon uit. Hij is niet bijzonder aantrekkelijk, maar ook niet bijzonder afstotelijk. Een doorsnee nationaalsocialist zou ik bijna zeggen. De Führer kon op deze trouwe dienaren van het Reich rekenen. Zelfs vijfentachtig jaar na zijn dood!

Commotie op het internet

Deze foto gaat rond op het internet en werd een paar dagen geleden door enkele dagbladen afgedrukt. De kwestie zorgt voor grote opwinding. Het is voor de regionale coördinator en tweede kamerlid Walter Rizzetto van de partij “Fratelli d’Italia” (Fratelli = Broeders) een lastige zaak. Hij probeert afstand te nemen van de carnavalsganger en zijn mederaadsleden. Een veilige afstand om niet besmet te worden. Er zijn immers weer verkiezingen in aantocht. In september. Juist nu deze extreem rechtse partij het in de peilingen zo goed doet. Verwijzing naar het duistere verleden komt nu wel zeer ongelegen. Het verleden van het fascistische Italië, van Mussolini’s antisemitische wetten van 1938, van Italië bondgenoot van nazi-Duitsland in de tweede wereldoorlog. “Fratelli d’Italia” gaat daar zeker niet rechtstreeks op terug, maar staat in termen van politieke cultuur en historie wel in deze rechtsextreme traditie.

Wat bezielt een politicus die zich zo uitdost, is een vraag die ik mij niet meer stel. Daarvoor gebeurt het te vaak. Het zijn geen grappen en grollen, maar de uitdrukking van een mentaliteit, van een politieke cultuur. Zodra men vraagt naar de drijfveren van dit soort media georiënteerd handelen, grijpen zij onveranderlijk terug op het bekende taalregister: een kwajongensstreek, een scherts, een carnavalspak, enzovoort. En als het alleen om uitspraken gaat: ik ben verkeerd begrepen, mijn woorden zijn uit de context gerukt, ik heb het ongelukkig geformuleerd, etc.

Voor raadslid Vaccarin zou de verkleedpartij kunnen uitlopen op de aanklacht ‘apologie van het fascisme’, en dat is in Italië een misdrijf. Erg waarschijnlijk is het niet, maar mocht Vaccarin worden aangeklaagd voor zijn gedemonsteerde nazi-sympathiën en weet hij een proces uit te buiten, dan zou dit zijn politieke carrière te goede kunnen komen. Maar hopelijk is de kleine naziman daar toch te dom voor.

Bronnen:
Udine Today + La Stampa

Print Friendly, PDF & Email